Henneppalmen sieren niet alleen de woonkamer. Onder de juiste omstandigheden kunnen ze ook goed gedijen in de tuin.
Ga op een ligstoel onder de palmbomen liggen en hoor het geluid van de zee - dat geeft je het gevoel alsof je op vakantie bent, nietwaar? Maar ook in uw eigen tuin kunt u het vakantiegevoel beleven. Toegegeven, het geluid van de zee is misschien niet zo gemakkelijk, maar de palmbomen maken het goed.
De henneppalm, die zijn oorsprong vindt in Azië, is nu een populair ornament in huistuinen geworden. Ze gedijen echter niet alleen in kamers of potten. Ook grotere exemplaren kunt u in de tuin planten. Hoewel de palmboom erg winterhard is, heeft hij bepaalde voorwaarden nodig om bijzonder goed te groeien en te gedijen.
Locatie en bodem voor de henneppalm in de tuin
Voor een gezonde groei heeft de henneppalm meerdere uren direct zonlicht per dag nodig. Zorg dus voor een zonnige en beschutte standplaats. Een plantplaats voor een huismuur is ook goed. Zorg er echter voor dat je voldoende afstand houdt, want de palmboom kan behoorlijk groot en uitgestrekt worden.
Tip: Als de plaats te donker is, zal de palmboom maar heel langzaam groeien. De waaiervormige bladeren groeien ook alleen minder als de zon niet genoeg is.
Jonge henneppalmen doen het goed op lichtzure grond. Ideaal is een mengsel van gewone tuinaarde, turf en compost. Bereid het plantgat ruim voor, denk aan voldoende ruimte in diepte en breedte zodat de kluit niet wordt uitgeknepen. Als het grondmengsel te los is, meng dan extra leemachtige tuingrond. Normale tuingrond is voldoende voor oudere henneppalmen.
Verhuizen van het bad naar de open lucht
Henneppalmen worden altijd in het voorjaar verpot of uitgeplant. Op een later tijdstip zou de palmboom niet meer voldoende groeien.Locatie en bodem geschikt? Laten we dan beginnen! Haal de palmboom uit de emmer en geef de kluit goed water. Plaats vervolgens de plant en vul het plantgat losjes met de uitgegraven grond.
Water en mest: het voedsel van de henneppalm
In de eerste weken nadat ze in de tuin zijn geplant, bevindt de palm zich in een aanpassingsfase. Het enige wat ze nu nodig heeft is rust en water, kunstmest is niet nodig. In tegenstelling tot veel andere palmsoorten kun je hem in de lente, zomer en herfst overvloedig water geven - de henneppalm verdraagt veel kalkvrij water, maar geen wateroverlast.
Als de bovenste laag aarde is opgedroogd, is het tijd voor een gietbeurt. Als hij buiten wordt gehouden, krijgt de henneppalm alles wat hij nodig heeft met regenwater. In de wintermaanden wordt de palmboom buiten meestal niet bewaterd. Als de temperatuur echter erg zacht is, wat steeds gebruikelijker wordt, kun je af en toe water geven, zelfs in de winter.
Kunststof wordt alleen gebruikt als er nieuwe bladscheuten verschijnen. Bemest vervolgens elke twee tot vier weken. Optimaal is een stikstofrijke meststof (bijv. hier verkrijgbaar). Als de henneppalmen goed ingeburgerd zijn, kun je in april en juni ook een langdurige meststof verspreiden.
De juiste winterbescherming
Om uw henneppalm in de winter niet te beschadigen, moet deze worden beschermd tegen de ijzige temperaturen. Plaats hiervoor een isolerende mulch rond de plantplaats en bedek het onderste deel van de stam met stro en jute of noppenfolie.