De Japanse druif is erg lekker, maar nog vrij onbekend in dit land. Lees hier hoe je ze goed kunt kweken en verzorgen.
De glanzende rode vrucht van de Japanse druif, rijk aan vitamine C, lijkt erg op de bramen en frambozen die we kennen. Hoewel het heel anders smaakt, kan het daarom de fruitvoorraad in onze tuinen enorm verrijken.
Het mooie: je hoeft niet eens meerdere zaailingen te planten, want de Japanse druivenbes is zelfbestuivend. U kunt deze plant ook zonder meer afzonderlijk planten. Maar hoe moet je te werk gaan en waar moet je op letten bij het onderhoud? We willen je dit nu in meer detail uitleggen.
Groeiende Japanse druiven
» Site selectie:
Kies een zonnige tot matig halfschaduwrijke plek voor de Japanse wijnstok. Verder geniet ze op haar standplaats van een humusrijke, liefst kalkrijke grond, die je voor het planten gerust kunt verrijken met veel compost.
Hint:
Er is al vaak gevonden dat het planten van lelietje-van-dalen onder de Japanse druivenbessen hun fruitopbrengst in de zomer aanzienlijk verhoogt!
» Plantafstand:
De afstand tussen de afzonderlijke planten moet ongeveer 1,5 meter zijn, omdat ze tijdens de groei veel verspreiden. Hierdoor moet je de Japanse druiven, die tot 3 meter hoog worden, stuk voor stuk aan een klimrek bevestigen.
Hint:
De planten zien er ook erg mooi uit als decoratie voor tuinbogen. Vooral omdat ze het hele tuinseizoen een behoorlijk mooie plantenbedekking hebben (van de bloem tot de vrucht).
Zorg voor de Japanse Grapeberry
» Verwijder wild ontspruitende staven:
De ietwat eigenzinnig ogende bloemknoppen van de Japanse druifjes sieren elke tuin met hun exotische uitstraling op een heel bijzondere manier. Vooral omdat de intens rode borstelharen van de afzonderlijke knoppen onmiddellijk de aandacht trekken voordat ze in juni in witte bloemen veranderen. Wild uitspruitende staven moeten echter elk jaar in de herfst (oktober tot november) uit de grond worden verwijderd. Hetzelfde geldt voor de algeoogste stokken.
» Plagen:
Het voordeel van Japanse druiven in je eigen tuin is dat ze op onze breedtegraden bijna nooit worden aangevallen door ongedierte. De reden hiervoor is een plakkerige afscheiding die de plant zichzelf uitscheidt en zo allerlei insecten op afstand houdt.
» casting:
Je moet de plant in de zomer regelmatig water geven - indien mogelijk 's morgens en' s avonds. Vooral als je wilt dat het op een bijzonder zonnige plek gedijt.
» Bemesten:
Vooral in het voorjaar - totdat de vrucht is gevormd - is de plant uit de rozenfamilie ook erg dankbaar voor de ene of de andere meststof. Als u de bessen bemest, moet u altijd een speciale bessenmest gebruiken.
Oogst Japanse druiven
Je kunt de Japanse druiven oogsten vanaf het tweede jaar van aanplant, van half juli tot begin september (afhankelijk van het weer), en altijd wanneer de rode vruchten een intense, druiven-bessensmaak hebben. goed in het zure bereik dat weinig doet denken aan de groene kiwi. Een goed verzorgde plant heeft een opbrengst van circa 3 tot 4 kilogram fruit per seizoen.
Je kunt het vers geplukte fruit eten - pas op voor doornen! Je kunt de bessen ook gebruiken om jam, sap of gelei te maken.