Voor een rijke frambozenoogst moet je soms een schaar gebruiken. We laten u de verschillen zien tussen het snoeien van zomer- en herfstvariëteiten.
Frambozen zijn niet alleen helemaal heerlijk en verfrissen ons in de zomer met hun zoetzure smaak. Ze zijn nog heel gezond. Geen wonder dus dat steeds meer hobbytuinders deze krachtvrucht in hun tuin halen. Om ervoor te zorgen dat de planten elk jaar een overvloedige oogst produceren, moeten ze twee keer per jaar worden gesnoeid.
Frambozenrassen
Wanneer en hoe je frambozen snijdt, hangt af van of het een zomer- of herfstvariëteit is. Zomervariëteiten omvatten alle frambozen waarvan de vruchten in de zomer klaar zijn om te worden geoogst. Daarom zijn alle frambozen die je in de herfst kunt oogsten herfstvariëteiten.
Bij de zomerrassen dragen alleen de scheuten van het voorgaande jaar hun vruchten. De herfstframbozen daarentegen produceren hun vruchten op de scheuten van het lopende kalenderjaar.Tip: Twotimer-frambozen dragen twee keer per jaar vrucht. Elke scheut draagt voor het eerst als jonge scheut vrucht in de herfst en een tweede keer in de zomer van het volgende jaar. Ze worden op dezelfde manier gesnoeid als de zomerrassen.
Snoeien na de oogst
Voor beide soorten geldt dat de scheuten direct na de oogst net boven de grond moeten worden afgesneden. Zo voorkom je de zogenaamde frambozenziekte.
Je hoeft niet veel aandacht te besteden aan het snoeien van de herfstframbozen. Na de oogst in de herfst alle scheuten dicht bij de grond eenvoudig afknippen. Met een platte bladlaag bescherm je het ondiepe wortelstelsel tegen vorst en uitdroging.
Tip: Laat geïsoleerde gezonde scheuten staan. Deze dienen als winterverblijf voor nuttige insecten zoals de roofkever, zodat ze het komende jaar direct weer actief kunnen worden.
Het snoeien van zomerframbozen is iets ingewikkelder. Hier moet je onderscheid maken tussen oude en nieuwe scheuten. De scheuten van het voorgaande jaar die in het lopende kalenderjaar vrucht hebben gedragen, moeten dicht bij de grond worden afgesneden.
Hint: Wanneer je de laatste framboos krijgtoogst, is het het beste om de bijbehorende scheut direct te verwijderen. Zo verwar je de oude scheuten niet met de nieuwe scheuten.
De jonge scheuten zullen komende zomer vrucht dragen. Om ze weelderiger te laten groeien, moet je maximaal tien planten per meter laten staan.
Snoeien voor een betere opbrengst
Frambozen vormen soms nogal wat zijscheuten, waardoor de vruchten mogelijk niet genoeg licht krijgen. Dit kan ertoe leiden dat de vrucht kleiner en zelfs minder zoet wordt. Het bevordert ook schimmelziekten. Om deze redenen moeten de scheuten mogelijk worden uitgedund. Hier is het belangrijk om onderscheid te maken tussen de zomer- en herfstvariëteiten.
Tip: U kunt zorgen voor een betere opbrengst bij het planten. Lees ons artikel "Frambozen - meer opbrengst door goed te planten".
Snoeien voor zomerframbozen
Na de laatste nachtvorst - rond eind februari - moet je goed kijken naar de scheuten die je vorig jaar hebt achtergelaten en kijken of je zijscheuten moet verwijderen. Houd er rekening mee dat minder zijscheuten minder fruit betekenen, maar sterkere en smakelijkere frambozen.
Tip: Snijd eerst de moeilijk bereikbare zijscheuten af. Dit zijn meestal de laagste takken. Je kunt de staven ook in de hoogte inkorten zodat je daar zonder al te veel moeite het fruit kunt oogsten.
Als je de scheuten hebt uitgedund, bevestig ze dan losjes aan een latwerk op een hoogte van 30, 100 en 180 centimeter. Dit voorkomt dat de plant omv alt onder het gewicht van het fruit.
Snoeien voor herfstframbozen
Als de zomer begint, moet je ook een trainingssnit maken voor de herfstframbozen. Aangezien je hier alleen met jonge scheuten te maken hebt, kun je tussen de 15 en 20 hengels per meter laten liggen en de overige hengels dicht bij de grond afknippen. Let er bij de overige scheuten op dat ze elkaar niet vernauwen en verkort eventueel ook hier de zijscheuten.
Tip: Een steunframe van ongeveer 80 tot 100 centimeter hoog zorgt ervoor dat de planten later niet omvallen onder het gewicht van de vrucht.
Verzorging op elk moment mogelijk
Controleer je frambozenplanten regelmatig. Zo kun je direct ingrijpen als je zieke of door ongedierte aangetaste scheuten hebtOntdek. Als je deze niet meteen verwijdert, kunnen ze ook andere scheuten besmetten.
Je moet er ook voor zorgen dat de frambozen niet te veel ontkiemen. Zowel een te dichte als een te hoge groei is niet bepaald gunstig. Maak daarom geschikte snoeimaatregelen tussen de ontwikkelingssnede en de snoei. Zorg er echter voor dat je de scheuten niet inkort tijdens de bloei.