Zelfs de oude Romeinen aten graag artisjokken. En zelfs vandaag de dag is de distelachtige plant erg populair. Het is goed als je weet hoe je het moet laten groeien en vermenigvuldigen.
Artisjokplanten produceren meestal een overvloedige oogst. Na drie tot vijf jaar zijn de planten echter vaak oververouderd. Om deze reden is het aan te raden om regelmatig voor nakomelingen te zorgen. Om dit te bereiken heb je twee opties: je kunt de plant verdelen of zaden nemen. Beide methoden werken goed.
Bodembewerking en verzorging van de jonge planten
Artisjokken hebben voedselrijke grond nodig. Werk dus voor het inbrengen in verse compost en zorg altijd voor voldoende vocht. Het beste is om de grond ook af en toe te hakken, want dan blijft hij los. Geef ook regelmatig water en gebruik af en toe wat brandnetelmest (instructies hier) als natuurlijke meststof.
Artisjokken vermeerderen door zaad
❶ Na de bloei worden grote zaden met een lengte tot zeven millimeter gevormd. Bewaar deze zaden tot het zaaien droog, koel en donker. Je kunt ook zaden kopen.
❷ U kunt dan vanaf februari beginnen met zaaien. Hiervoor moet je de zaden een paar uur in warm water leggen en daarna in potten met potgrond doen. Altijd drie tot vier stuks per pot.
❸ Zet de potten nu op een lichte, matig warme plaats en houd het substraat altijd licht vochtig. Een temperatuur tussen de 18 en 22 graden is gunstig. De eerste scheuten verschijnen na ongeveer drie weken.
❹ Afhankelijk van hoe snel de jonge planten zich ontwikkelen, moet je ze mogelijk verpotten. Laat de planten vervolgens geleidelijk wennen aan het buiten zijn door de potten bij mooi weer af en toe in de frisse lucht te zetten. Zet na de ijsheiligen de jonge artisjokken in de tuin. De plantafstand is ongeveer 80 centimeter.
Tip:
Vanaf april kun je de zaden ook direct buiten zaaien, bij voorkeur in een warme koude bak. Maar dan zal er pas volgend jaar geoogst worden.
Artisjokken kweken per divisie
❶ Uitlopers ontkiemen naast de wortel van de moederplant. Deze delen van de plant moet je in het voorjaar afknippen. Til hiervoor de hele plant met een graafvork uit de grond. Zorg ervoor dat de secties al sterke wortels hebben en minimaal twee scheuten met bladeren. De snede moet zo glad en recht mogelijk zijn.
❷ Om de nieuwe plant goed te laten groeien, moet je de bovenste bladeren met ongeveer een kwart inkorten.
❸ Vervolgens moet je de gescheiden stukken opnieuw planten op dezelfde diepte als de moederplant, maar op een nieuwe locatie. De oude vloer is meestal opgebruikt en moet eerst regenereren. Ook hier is de afstand tussen de planten 80 centimeter. Leestip: Artisjokken planten - stap voor stap uitgelegd.