Als je op zoek bent naar iets speciaals voor je moestuin en niet altijd alleen de standaardgroenten wilt verbouwen, dan is aardbeienspinazie precies wat je zoekt.
De plantaardige zeldzaamheid is niet alleen mooi om naar te kijken, maar is ook nog eens erg gezond door het hoge vitamine C-geh alte. Met hun nootachtige, aardse aroma's en harmonieus karakter zijn de bladeren van de plant bijzonder geschikt voor culinair gebruik. Qua kleur, vorm en smaak doen de bessen meer denken aan frambozen, die weinig gemeen hebben met de aardbei waaraan ze hun naam danken. De vruchten presenteren zich qua smaak met een volle spirit, die zeer gevarieerd is in zoete, fruitige aroma's. Dus als je je gerechten een speciaal tintje wilt geven, reserveer dan een plekje in de moestuin voor de aardbeienspinazie.
Oorsprong van de plantaardige zeldzaamheid
Aardbeienspinazie, ook bekend als ganzenvoet en botanisch Chenopodium foliosum of Blitum virgatum, is geen hybride van spinazie en aardbei, zoals te verwachten was. Het is eerder een groente uit de vossenstaartfamilie. Naast de inheemse Chenopodium foliosum is er ook de Noord-Amerikaanse aardbeispinazie met stekels, die de botanische naam Chenopodium capitatum heeft. Beide soorten kunnen worden geoogst, bereid en gegeten als spinazie.
Een tijdlang werd wilde aardbeienspinazie gekweekt als zomerbladgroente. Omdat echte spinazie veel gemakkelijker te oogsten is, verving het al snel aardbeienspinazie uit de 16e eeuw. Deze echt oude groente beleeft een renaissance in de hedendaagse culinaire keuken. De naam aardbeispinazie drukt het feit uit dat de plant kleine, rode en eetbare vruchten draagt. Ze presenteren zich niet met een bijzonder uitgesproken aroma en hun smaak doet denken aan wilde bessen.
Uiterlijk en groei van de plant
De aardbeienspinazie is een eenjarige plant. De bloeiperiode loopt van juni tot juli. Het zaait overvloedig en de bladeren groeien recht uit de grond zonder stengel en vormen een rozet van bladeren. De vertakte stengels van de ongeveer 15 tot 70 centimeter hoge plant zijn kaal en staan rechtop. deBladeren reiken tot aan de bloeiwijzen en bereiken een lengte van ongeveer acht centimeter. Ze hebben ook een donkergroene kleur en zijn licht getand.
Het v alt op dat de bloemen bolvormig zijn en een bal om de as vormen. De bloemen ontwikkelen zich vervolgens tot trossen fruit, die wanneer ze rijp zijn een donkerrode tint hebben en doen denken aan wilde aardbeien of kleine frambozen.
Perfecte buren voor de aardbeienspinazie
Een van de perfecte buren van aardbeienspinazie zijn lente-uitjes. De Chenopodium foliosum is ook zeer geschikt als tussengewas voor bleekselderij en tomaten. Het kan ook als subcultuur tussen de poolbonen worden geplant. Voorwaarde is wel dat de aardbeienspinazie regelmatig wordt geoogst. De groene zomergroenten zijn echter minder gunstig voor koolsoorten.
Tip:
Als de aardbeispinazie of de vrucht niet gegeten wil worden, is de plant ook geschikt als decoratieve kleuraccent voor het pad border of voor beplanting in balkonbakken en bakken.
Teelt van aardbeienspinazie
❍ Planttijd:
In de periode van half maart tot half april wordt de aardbeispinazie direct in het bed geplant. In theorie kan aardbeienspinazie ook tot in juli worden gezaaid. De planten hebben echter de neiging om te schieten als ze later worden gezaaid. Hierdoor blijven de bladeren vrij klein.
❍ Voorkeurslocatie en grondsoort:
De aardbeienspinazie houdt van een zonnig tot halfschaduw plekje. De grond moet vers en voedselrijk zijn. Een zanderige, humusrijke tuingrond die slechts een kleine hoeveelheid klei bevat, is een populaire keuze.
❍ Zaaien:
Zaai in rijen van twee tot drie centimeter diep, ongeveer 25 centimeter uit elkaar. Bij koudere temperaturen de jonge planten eventueel afdekken met vlies. Als er na twee tot drie weken ziektekiemen verschijnen, moet u de afzonderlijke zaailingen op een afstand van 20 tot 30 centimeter van elkaar planten wanneer ze een hoogte van ongeveer 5 centimeter hebben bereikt.
Zorgen voor Aardbeien Spinazie
Om de bladeren mals te houden, moet je de Chenopodium foliosum regelmatig water geven. Maar let op: de planten houden niet van wateroverlast. Daarnaast kunnen de bladeren van de aardbeispinazie goed groeien als je af en toe de aarde tussen de planten losmaakt.
Tip:
Als je de aardbeienspinazie wilt vermeerderen, hoef je je nergens zorgen over te maken. deDe plant zaait zichzelf uit en vermenigvuldigt zich in de moestuin.
Aardbeienspinazie oogsten en gebruiken in de keuken
De eerste bladeren kunnen ongeveer zes weken na het zaaien worden geoogst. Het oogsten is echter iets moeilijker dan bij gewone spinazie. Omdat de bladeren van de Chenopodium foliosum kleiner en meer langwerpig zijn. De opbrengst is ook aanzienlijk lager in vergelijking met conventionele spinazie.
De jonge bladeren worden eenvoudig van de plant geplukt of afgesneden en daarna direct verwerkt. Aangezien de oudere bladeren van aardbeienspinazie niet meer zo lekker zijn, zou de oogst voorbij moeten zijn tegen de tijd dat de bloei begint.
Van de jonge blaadjes kun je vervolgens heerlijke groene smoothies maken. De bladeren kunnen ook worden gekookt of gestoomd als groente bij verschillende gerechten. De vruchten van de aardbeispinazie hebben een vage smaak die een beetje aan frambozen doet denken. Ze zijn echter nog steeds uitstekend geschikt voor het garneren van salades of voor het decoreren van gerechten.
Ziekten en plagen in aardbeienspinazie
Kortom, aardbeispinazie is relatief resistent tegen ziekten en plagen. Er kan echter echte meeldauw optreden, een veel voorkomende schimmelziekte die in de tuin wordt aangetroffen. Echte meeldauw is altijd aan de bovenzijde van het blad te vinden. Eerst is het wit en later krijgt het vaak een vuile, bruinachtige of grijzige kleur. Inspuiten met bijvoorbeeld knoflookbouillon helpt tegen een plaag.